Verhalen van Scheherazade:

 

Kerstmis

 

In het jaar 2200 wisten ze er allemaal niets meer van... Van Kerstmis niet en van het kerstkind niet en zingen niet en van klokken niet. Ze waren het allemaal vergeten.

Dat mag gek klinken, maar u moet niet vergeten dat wij in het jaar 2014 de grote oorlog hadden gehad, waarna er niet zo heel veel was overgebleven. Er stond niet één huis, kasteel, kerk of schuur meer op moeder aarde. Uit kelders en diepe bunkers, uit holen en gaten kropen nog wat overlevenden, maar dat was maar een handjevol per werelddeel. Misschien is handjevol te zwak uitgedrukt. Het handjevol bestond uit ruim een miljoen.

Het verdubbelde zich binnen enkele jaren. Het vertienvoudigde zich binnen enkele decennia. In het jaar 2200 waren er weer zo´n drie en een half miljard mensen over de oude aarde verspreid. Daarbuiten, op Mars en Saturnus en de Maan, zaten er nóg een paar miljoen. Dat waren afstammelingen van aardmensen, die veilig in de kosmos zaten toen destijds in ´14 de hel op aarde woedde. Het duurde een halve eeuw voordat zij weer eens terug konden, want ook alle landingsbanen, landingsapparatuur en Kaap-Kennedy´s waren weggevaagd. Plus de mensen die wisten hoe en wat en wanneer.

Begrijpt u dat ethische zaken, zoals geloof en alles wat daarbij behoort, zachtjes en zoetjes in het vergeetboek waren geraakt? Of misschien snapt u het niet. U moet het dan maar van mij aannemen.

Verder was, in het jaar 2200, de aarde weer normaal.

Nou ja, normaal... u zou gek gekeken hebben als ze er u ineens op hadden gezet. Ieder gezin had, behalve twee of drie auto´s, natuurlijk zijn eigen helikopter. Dat moest ook wel, want stel dat je nu woonde in een plaats die in de oudheid Groningen heette, dan werkte je in een plaats die eeuwen terug Goes werd genoemd... Trouwens, men ging maar drie dagen per week werken, dus wat maakte het uit? Ieder bedrijf had zijn eigen vliegveld op het dak en daarop daalden dan de directeur, de computerreparateurs, de computervoeders en de juffrouw van de kantine neer.

In beter gesitueerde kringen had ma haar eigen helikoptertje om mee te gaan winkelen. En er waren supermarkten die ze ´fly-ins´ noemden. Daar hoefde je niet meer uit te stappen, je wentelwiekte zo langs immense voorraadplanken en al vliegende bevoorraadde je je huishouden.

Toch ontbrak er iets... alleen niemand wist precies wát. Er was een leegte, een gaping, een vacuüm. Sociologen en psychologen braken er hun hersens en hun computers op. Er was een kilte in het leven en het aantal mensen dat ineens, zo maar, midden in een gesprek, zweeg en star voor zich uit ging kijken, groeide met de dag.

Feestdagen waren er ook niet. Men vierde het opkomen van de eerste krokus in Nederland, omdat men inzag dat men dan uit de winter weer in een lichtere tijd kwam. Maar dat was ook alles. Op het Krokussenfeest gingen de mensen allemaal een dag extra werken. Dat mócht, omdat het een feestdag was. U begrijpt wel dat iedereen zo langzamerhand schoon genoeg had van al die vrijetijdsbesteding. Helaas gaf die extradag werk weer zo´n overproductie, dat de economie wankelde op haar grondvesten, zodat men van overheidswege overwoog ook de Krokussendag maar af te schaffen. Dan was er niets meer om te vieren.

Toen gebeurden er, ineens, overal op de wereld, rare dingen... Het begon met die enorme put die ze gingen graven midden in Nederland, omdat ze een nieuwe landingsbaan nodig hadden voor ruimteschepen van en naar Venus. Men stuitte daar op resten van iets dat een groot gebouw geweest moest zijn. Heel voorzichtig hakten archeologen de gewelven schoon. Men vond daar in stalen kisten verpakte doop-, geboorte- en huwelijksakten. Men vond bijbels. Men vond geschriften waaruit bleek dat hier ééns iets gestaan had, dat men een Dom noemde. Een Dom was een kerk. Uit de bijbels en geschriften vernam men, dat die kerk gebruikt werd om samen te bidden tot een opperwezen.

Merkwaardig... overal deed men op dezelfde tijd dezelfde ontdekkingen! Men vond een stad die vroeger Rome geheten moest hebben en diep, diep onder de grond lagen resten van wat de mensen in de twintigste eeuw de Sixtijnse kapel hadden genoemd. Men vond in Jeruzalem en in New York, in Oslo en in Kaapstad, overal en overal kerken en bijbels. Men vond ook andere dingen. Resten van huizen en resten van bibliotheken. Resten van universiteiten en resten van kastelen.

In het begin was men verbijsterd om deze plotselinge terugkeer van dingen van heel vroeger. Totdat een zeer geleerde kernenergie-expert begreep dat door die enorme explosie van 2014 de aarde honderd zesentachtig jaar lang ontoegankelijk geweest moest zijn voor opgravingen. Versteend, verstard hadden daar alle overblijfselen gelegen van die heel oude cultuur. Men dook erin. Men sprong erin. Men richtte er scholen voor op. Vooral dat heel oude verhaal van het Kind, dat eens geboren werd in een plaats die ze Bethlehem noemden, bleek van een adembenemende bekoring. Door die wereld van 2200, vol staal en glas, vol computers, robots, ruimtelandingen en volmaakte, efficiënte leegte zong het verhaal van Christus´ geboorte als een hoge, ijle, volmaakte muziek.

De mensen werden gelukkiger en de kilte werd minder. De leegte vulde zich en men ging zingen. Zo maar, midden uit het volk, stonden mannen op die liederen componeerden over een kind dat geboren werd in de winter, vermoord werd rond het Krokussenfeest en opstond en voor eeuwig leefde daarna.

Die geboorte was eigenlijk, zeiden zij, toch wel het allerbelangrijkste om te vieren. Daaruit was heel het andere voortgevloeid.

En zo begon het allemaal van voren af aan... Men bad weer en men zong. Men ging kerken bouwen en klokken gieten. Men vierde Kerstmis met vreugde en blijdschap en overgave. Men zei, met ingehouden, stokkende adem: "Stel je voor dat we niet waren gaan graven... Dan hadden we dit nooit teruggevonden!"

Waarover God, ergens in Zijn sferen, glimlachte. Want Hij, de Alwijze, wist dat men Hem zèlf moest vinden, wilde men Hem beminnen. En voor Hem, de Eeuwige, waren honderd zesentachtig jaren maar een flits geweest.

 

♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦

 

het vorige verhaal

 

het volgende verhaal

 

Het Vergeetboek - index

 

Scheherazade

 

De Januaraanse Ambassade

 

 

home

 

♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦♦